vrijdag, december 30, 2011

Mooie workshop componeren met Bert van den Brink op Rotterdamse pianodriedaagse

Al sinds jaar en dag (ruim voor Idols, X-factor, the Voice enzo) bestaat er zoiets als de Rotterdamse pianodriedaagse. Een festival waarin pianisten in 5 minuten mogen laten zien wat ze kunnen en vervolgens door kunnen dringen in verdere ronden. Waarbij een kundige jury bepaalt welke er op het eindconcert mogen spelen en er dan prijzen worden uitgereikt enzo. Wist u bijvoorbeeld dat op één van de vroege festivals de broertjes (toen nog) Soerjadi ontdekt werden?

Het festival bestaat nog steeds en dit jaar was er een workshop Compositie door Bert van den Brink. Ik heb me daar gauw op ingeschreven, want dat leek me een mooie sessie te kunnen worden. En ik werd niet teleurgesteld. Er waren in totaal zes componisten (waaronder ondergetekende) die hun stuk op de piano ten gehore brachten. Elk met een heel eigen karakter en stijl. Van romantisch, filmisch, klavierleeuwerig tot klassiek-inventief en jazz.

In de sessie kwam veel leerzaams tevoorschijn. Over akkoordnoten en het effect van herhaling of variatie. Over de keuze van begeleiding in linkerhand. Met als motto om het avontuur te blijven opzoeken. Daarbij gaf van den Brink iedere componist precies die tips en aandacht die pastte. In mijn geval doken we wat verder in een wat ouder stuk van mij, om te concluderen dat een overgang met C7/9 veel mooier en/of weggelaten kon worden. En ook kreeg ik tips over de beste manier om improvisatie uit te bouwen op het B-tje in het stuk. Leuk, leerzaam en inspirerend.

Waarmee ik u hierbij graag het stuk ook even laat horen, zoals vanochtend opgenomen. Ik heb inmiddels ook een titel verzonnen: Triangle.

Triangle by JazzjunkNL

dinsdag, november 22, 2011

De grondtoon van uw organisatie.. over de bassist... met Vierdag en van Maanen

Lang, lang geleden heb ik ooit een stuk geschreven over de Klank van uw organisatie (als het een big band zou zijn). Want, als pianist in bigband in het weekend actief, verbaasde ik me erover dat de principes die in de muziek bijdragen aan een mooi stuk, in organisaties veel minder worden toegepast. Dan zat ik door de weeks bij vergaderingen en dacht ik: als iedereen nu een instrument in zijn handen zou krijgen zou heel duidelijk zijn dat dit niet werkt. Maar omdat woorden woorden zijn en anders binnenkomen dan muziek was dat lang niet zo duidelijk. En toch... het thema blijft me nog steeds boeien en raken.

Ik was daarom ook erg verheugd toen ik een uitnodiging voorbij zag komen van SMT over de grondtoon van de organisatie. Verzorgd door Gulian van Maanen van Kernconsult in samenwerking met Jeroen Vierdag (bassist van tal van bands, oa. Ploctones). Dat bleek een workshop te zijn die ging over de rol van bassisten in een organisatie. Wat doen ze? Hoe herken je ze? Wat is de rol van de bas? Alles passeerde de revue.

Het voert te ver om de hele workshop vast te leggen, daarom hierbij wat mooie momenten genoteerd. Allereerst was heel leuk dat Jeroen Vierdag meespeelde met een (niet uitgebracht) stuk van Jann om te laten horen welke plek de bas in de muziek heeft. En ook erg mooi was het luisteren naar de verschillende tracks van de multi-track: What's going on van Marving Gaye. Zonder bas en diverse andere instrumenten hoorde ik daar opeens een piano-thema dat gelijk is aan het intro.

Op de kale track van What's Going on (drums, zang) liet Jeroen Vierdag toen zien welk type invullingen je als bassist kunt neerleggen. Basic, Basic met ritme, Basic plus (vol ingevuld met ritme, variatie). Die laatste variant was vooral educatief erg interessant; muzikaal was het naar mijn smaak veel te vol/weldadig en gekruld. Maar het punt was gemaakt. En als je dan daarna luistert naar de originele baslijn van James Jameson dan hoor je hoe knap hij in ritme, variatie het nummer weet te stuwen.

Wie die sensatie ook wil beleven, kan hier naar een duo-track zang/bas luisteren van het nummer. Met dank aan Youtube natuurlijk.



Wat leuk was verder, was om te horen hoe Jeroen Vierdag na het voor zijn generatie nog gebruikelijke AMV-drama (blokfuit enzo) tot bas spelen is gekomen. Hij wilde eigenlijk met zijn vader van zuurverdiend geld een slaggitaar kopen, maar de verkoper had destijds alleen nog maar een bas voorhanden. En die zei tegen hem: bas is misschien wel leuker want basgitaren hebben ze altijd nodig. En inderdaad, drie weken later zat hij in een bandje bas te spelen. En is dat gelukkig ook blijven doen.

Afijn er gebeurde nog heel veel dat dit een mooie workshop maakte. Die uiteraard eindigde met een mini-jamsessie aan het eind. En zo kon ik mijn mijn melodica (als pseudo-piano) ook weer eens gebruiken.

zaterdag, november 12, 2011

Mooie compositie: let there be love..

Ik zat vanochtend zo eens wat piano te spelen en hing een beetje rond in de Es toonsoort. Ik pakte op zeker moment het Jazz Fakebook erbij en mijn oog viel op het liedje Let There Be Love (zie onder). Dat staat ook in Es en sprong eruit door de mooie tekstuele wending: 'chili con carne and sparkling champagne' als verwoording van goede en barre tijden uit het leven.

Ik ging het stuk vervolgens spelen en ontdekte dat het eigenlijk een heel mooi en elegant lied is. De titel: 'Let there be love' deed me vermoeden dat het lied was gemaakt door iemand die de liefde al heeft en die aan de rest van de wereld ook gunt. Maar als je dan in de akkoordprogressie telkens de verminderde kwint en none tegenkomt verander je gauw van mening. Dit is gemaakt door iemand die de liefde verlangt, waarschijnlijk ooit gehad heeft, maar op dit moment niet meer. Ook de afsluiting aan het eind (As Mineur, onder het 2tje) wijst daarop.

Als experiment ging het stuk ook eens spelen zonder al die verminderingen. En daar wordt het ook best saai van, dat was ook boeiend om te merken. Je ziet dan ook dat al die sferische verminderingen fungeren als aanloop naar de oplossing aan het eind van de vierde regel. Daar waar geproken wordt over de leeuwerik (Gm7) en de duif (C9) houdt namelijk de vermindering op. Dat trekt de lucht open en levert extra nadruk op het verzoek in C7 en Fm: but first of all please...    let there be love.

Die laatste Let there be love is dan overigens direkt weer vanuit het verlangen naar iets dat geweest is, want daar zien we de verminderde negen weer. En daar past dan die prachtige vierklank as-b-d-g voor de oplossing naar Es.

Afijn, kijkt u het hierbeneden rustig zelf ook nog eens na. Mocht ik tijd hebben dan zet ik misschien ook nog wel een opname op Soundcloud.

dinsdag, oktober 04, 2011

Heel mooie avond met Cor Bakker, Karin Bloemen en de liedteksten van Coot van Doesburg

Gisteravond zaten de jazzjunks in de Duif, bij een voorstelling van Karin Bloemen en Cor Bakker. Alleen al de combinatie van die twee namen was genoeg om, ruim een half jaar geleden, te besluiten ernaar toe te gaan. Wisten wij veel dat we de hele avond mooie liedteksten van Coot van Doesburgh mochten zingen....

Wat maakte deze avond nou zo prachtig?

Tja, teveel om op te noemen eigenlijk. Zo is Karin Bloemen een loslippige flapuit met een fenomenale stembeheersing en mimiek. Ze nam de zaal in hoog tempo met een hoop humor mee langs heel bekende liedjes, zoals de herkenningstune van het Songfestival, Fideste Adelis (bekend als: komt allen tesamen) en Waarheen.. Waarvoor (bekend van Mieke Telkamp). En wij als publiek hadden allemaal het boekje LICHT gekregen zodat we mee konden zingen.

Aan de piano zat niemand minder dan Cor Bakker. Uit eerdere optredens konden we al vermoeden dat hij  op de hem zo bekende muzikale manier zou begeleiden en ook nu was dit zo. Alleen stel je nu even voor: niet alleen een diva als Bloemen begeleiden, maar ook zo duidelijk spelen dat een hele zaal alle modulaties als van nature goed zingt. Welaan, laat dat maar aan de maestro over: hij speelde supergeconcentreerd en attent.

En, wat ook zo bijzonder is: bij elk lied werd door Cor Bakker direkt de sfeer en cadans neergezet die erbij pastte. En zo vlogen we van een heel mooie uitbundige bluesy gospelsound naar breekbare sneeuwvlokken. En eerlijk gezegd, soms vond ik het niet fijn dat al die mensen zo erdoorheen zongen, want Cor legde ook erg mooie changes onder stille nacht, heilige nacht neer. Dat deed me ergens denken aan flarden dominantwisseling uit Goodbye Pork Pie Hat. Kortom: heel solide, heel gevoelvol en permanent in touch met het publiek en Karin Bloemen.

Over de liedteksten ga ik verder kort zijn. Het is een bijzondere prestatie om oude liedteksten, versleten dingetjes, nieuw leven in te blazen. Tom Mikkers zag/hoorde het helemaal voor zich. En Coot van Doesburgh  slaagde in prachtige hertalingen, zonder overmatig sentimenteel te worden. En ook met wat mooie humorvolle knipogen erin. En het bijzondere is dat je dat ook echt goed ervaart als je de liedjes zelf gaat zingen. Waarbij het helpt dat we in Nederland zo'n grote zangcultuur hebben. Zit je gewoon lekker met zijn allen te zingen.

Tenslotte de kers op de taart. Die werd gevormd door de regie en de techniek. In de serie liedjes was een mooie (verhaal-)lijn aangebracht, die door het licht en de enscenering een lopend geheel werd. Tja, als alles zo ontzettend mee zit, dan kun je niet anders dan heel content huiswaarts gaan. En dat deden we.

zaterdag, augustus 20, 2011

Voorproefjes XLJazz 2011 met Martin Fondse en Ramon Valle smaken naar meer...

De afgelopen week vertoefde ik op Buitenkunst om eens helemaal los te gaan op mooie stukken filmmuziek. En dat werd een heel mooie week, om alle redenen die ertoe doen. Eén van de mooie dingen was dat we ook konden genieten van de voorbereidingen voor het nieuwe XLJazz project 2011, wederom met Martin Fondse.

En zo kon ik genieten van een paar pre-concert-voorstellingen waar voor mij 2 nummers eruit sprongen: hellegrot: in zijn totaal een mooie compositie met sleutelrol voor een ultiem swingende ritme-sectie. En Levitando, een prachtig stuk van Ramon Valle, ook uitgevoerd met een heel bijzondere aandacht en energie.

In triovorm kunt u hieronder alvast naar het stuk luisteren, maar ik verzeker u dat de versie van Fondse met de XLJazz groep, die qua bezetting een symphonie-orkest en big band in één combineert, u minstens even veel plezier gaat doen. Dus spoed u naar de BIM-huis website om gauw uw plekje in de zaal te reserveren.



maandag, juli 11, 2011

North Sea Jazz 2011: Ruben Hein en Natalie Cole..

Dit jaar zat, door diverse andere heuglijke feestelijkheden in het weekend, een bezoekje aan het North Sea Jazz er voor mij niet in. Maar door een mooi toeval wist ik bij Radio6 toch kaarten te scoren (prijsvraag!) voor het concert aan de vooravond van het NSJ. En zo kon ik op donderdagavond luisteren en kijken naar Ruben Hein en daarna Natalie Cole. Beiden artiesten die ik tot dan toe een beetje op afstand kende en waar ik heel benieuwd naar was.

Eerst maar even Ruben Hein:


Wat mij op de donderdagavond opviel was dat de zaal een beetje mat was maar Ruben Hein zich er welbespraakt doorheensloeg. Hij heeft een mooie stem, het zijn soepele nummers, doordacht gearrangeerd. Het risico op teveel voorspelbaarheid in de liedjes werd weggenomen door Stefan Kruger op drums (ook Zuco103). Als je dan zo'n concert op je af laat komen dan merk je op een gegeven moment... hé, drums met groove én diepgang, variatie enzovoorts. Een mooie ervaring. Ofwel: moeilijke zaal, maar mooi concert door Ruben Hein.

En vervolgens Natalie Cole. Juist door dat zoetsappige gemixte 'onvergetelijke' duet met haar vader had ik nooit echt goed de moeite genomen om te luisteren. Terwijl ze toch ook de hit 'This will be' op haar naam heeft staan. Alle reden om eens onbevangen te gaan luisteren.

En zo werd ik aangenaam verrast. De band rond Natalie Cole was fenomenaal gedrild, stond onder strakke muzikale leiding en speelde, zo te zien, grotendeels uitgearrangeerde partijen. Tot en met een aparte keyboard speler toe die full time de violen speelde (en trompetten toen Cole de hit: This will be ging doen). Nou had dat met die violen niet per sé gehoeven van mij, maar het past wel in het complete, Amerikaanse geluidsbeeld en show.

Natalie zelf verraste me doordat ze een heel goede zangeres bleek te zijn, met een heel erg strakke timing en mooie muzikaliteit. Wat mij daarbij over de streep trok was de manier waarop ze Route 66 zong. Is best een tricky liedje, zeker als je op tempo langs al die steden moet. De vrijheid en ritmiek waarin Cole zich door dat nummer bewoog maakte indruk. Ik had dat eerlijk gezegd niet verwacht.

Daarnaast neemt ze een boeiende theaterpersoonlijkheid mee. Ze brengt het verhaal van het lied ook echt naar de zaal toe en dat leverde verschillende mooie momenten op. Eén ervan vond ik terug op Internet: een intieme versie van Fever.


Al met al een prachtig concert dus. Hulde voor Hein, Cole en natuurlijk Radio6 die ons met de vrijkaarten toch nog een stukje van het North Sea Jazz liet proeven.

vrijdag, juni 17, 2011

Kenny Colombo Combo in B9 - onder de brug... samenspel in optima forma !

Via de agenda en e-mail nieuwsbrief van Brug9, bereikte mij het bericht dat gisteravond het Kenny Colombo Combo in B9 zou spelen. Dat is de werfkelder onder café ter Kuile (bij het Multatuli beeld). Zo af en toe wordt die kelder voor live-concerten gebruikt en zo ook deze keer. Dus daar moesten we even een bezoekje brengen.

We kwamen wat tegen de late kant en hoorde drie nummertjes: één original, Confirmation en What's New. En die werden gespeeld door: Thomas Winter Andersen op bas, Jamie Peet op drums, sir Timothy Second von Banchet (beetje Monthy-Pyton achtige naam, maar dit terzijde) op piano/toetsen en op sax: Olaf Zwetsloot.

Het publiek was deels deels jazz-liefhebbers (in de minderheid, zo te zien) en deels toeristen, Brug-9 aanhangers, het was niet altijd even duidelijk. Maar de lokatie was sfeervol en de muzikanten speelden op een mini-podiumpje met gordijnen eromheen om te voorkomen dat de muziek eindeloos door de werfkelder galmt. Een werfkelder waarin ooit even het geld van de stad Amsterdam heeft gelegen. En die ook ooit gediend heeft als gevangenis. Maar wederom, dit terzijde.

Het spel van Kenny Colombo Combo was erg mooi. Al snel werd duidelijk dat de drummer actief en prikkelend meespeelde en reageerde, maar eigenlijk iedereen in de band enorm de oren open had. En het is gewoon ontzettend fijn en leuk om dan mooie liedjes te horen en allerlei muzikale ideëen daarin. De hechtheid en het samenspel/reageren sprongen er echt uit en dat was alweer lang geleden dat we dat zo mooi hoorden. En dat moet ik hier echt even kwijt.

Hulde aan B9 en hulde aan Kenny Colombo Combo !

donderdag, juni 09, 2011

Kraak en Smaak hustlen met retro-synths een hele bak energie bij elkaar !

Deze week kreeg ik de CD Electric Hustle van Kraak en Smaak kado. Want vorige week had ik in de luisterpaal bij Radio6 al zo zitten genieten van hun muziek dat mevrouw Jazzjunk wel wist waar ze mij een plezier mee kon doen.... afijn, zo zit ik vandaag lekker te luisteren naar hun CD. En ik vind het een heel lekkere plaat, super dansmuziek, mooie vibes/licks, riffs en mooie retro synthesizer sounds.

Zojuzo valt me de laatste tijd op dat allerlei groepen terug gaan naar de oude synth-geluidjes, meer vettig. Of het oude geluid maar dan door een moderne golfmodulator getweakt, of hoe die dingen dan ook heten mogen. En ik ben daar toch wel heel erg gevoelig voor: mijn allereerste fascinatie op dit gebied was Supertramp, de keyboardsolo waarmee Bloody Well Right begint. Maar dit terzijde.



Hoe zit hun mooie plaatje Electric Hustle in elkaar? Welaan ze beginnen met een Call up to heaven (luister hierboven) dat op de een of andere manier mij aan oude tv-series doet denken, maar ondertussen moderne klanken houdt en aan het eind nog een mooi solotje synthesizer, gevolgd door wat lickjes op piano, violen, hammondje erbij. En voila, daar heb je een pracht van een binnenkomer te pakken.

Waarna ze met Lets go back, mij met mooie ouderwetse synth-geluidjes, eigenlijk uitnodigen om snel de auto te pakken en lekker hard te gaan rijden op de snelweg. En een goed gekozen schuiven van Fismineur naar D in de piano bouwt dan een ongecompliceerde mooie groove. Die me naar het derde nummer Dynamite brengt. Wat iets minder mijn persoonlijke smaak is, maar toch wel erg mooi gemaakt. Met een soort pacman-soundjes erin verwerkt.

Dan liever het nummer hold back love. Begint mooi met glijdende synthesizers, drummetje, stem en dan komen geleidelijk de electrische toeters en bellen uit de kast. De electric hustle wordt even aangezet en hoppa, daar gaat het nummer van start. Een sterke lijn wordt mooi opgebouwd. En die synth-lijntjes komen er allemaal lekker bij. Ongecompliceerd grooven geblazen. Waarna het nummer built for love in zelfde toonsoort doorgaat. Met een heel mooi hynotiserende swing erin. Echo-tjes erbij. Ook weer mooie snelweg en dansmuziek.

Forgert about you, het zesde nummer, is ook weer mooi neergezet. Gewoon solide vakwerk zoals Kraak en Smaak de nummers opbouwt en speelt met alle mogelijkheden van techniek en stem. Wat opvalt is dat de zang in de nummers ook mooi past, niet alleen qua effect of zo, maar ook kwa intentie. Het wil nog wel eens gebeuren dat je wat obligate technisch perfecte stemmen hoort, maar dat is hier wel anders. Daarom even de namen van de zangers/zangeressen op een rijtje: Lex Empress, Romanthony, Sebastian, Anna Sophie Angnoe, Lee Fields, John Turrel en (jawel:) Janne Schra.

Ik geloof dat 7-Never too late het eerste nummer was waarmee ik bij deze plaat van kraak en smaak belandde. Ik weet dat ik bij het internetten geboeid te luisteren zat naar een mooi intro-tje dat zich ontwikkelde en dat ik opeens Janne Schra hoorde. Hé, dacht ik, wat gebeurt hier. Het nummer is echt een prachtige combinatie van het eigen geluid van de heren van Kraak & Smaak als van Schradinova.

Fairy falling begint met een mooie symbolische lick/fall, waarna een groove op gang komt die me even doet denken aan Malcolm Mclaren's DeepInVogue (even opgezocht.. blijkt zelfde klank/akkoord). Verder mooie vette klanken, goed geplaatste koebellen erdoorheen. En boeiende tekst en daarbij passende uittro.

Wasted with a smile pakt met een mooi ritmisch begin een sfeer die me zomaar in lounge-sferen op het strand op zondag met mooi weer doet belanden. Waarna my synths are a bomb voorbijkomt als ode aan de synthesizer. Strakke beat, een soort leslie-vibe en telkens weer op het goede moment een variatie, toevoeging of juist het teruggaan naar kleinere setting/klanken. En wat ik ook mooi vind is het spaarzaam en smaakvol gebruik van de pookjes (om de klank te laten glijden).

Het lied the storm, begint met een sfeer die doet denken aan de klanken van filmmuziek Diva. En ach, het begint eentonig te worden, is ook weer een mooi nummer. Honing voor je oren, zeker als je lekker in een goede bui bent. Positieve vibes. Die de luisteraar dan brengen naar het laatste nummer: Turrels Lament. Wat meer ingetogen en langzaam maar dat kan ook niet anders bij een klaagzang. Een mooie afsluiter van een plaat die zijn naam eer aandoet.


UPDATE: Ben je helemaal enthousiast geworden... belister dan ook het uitgebreide interview dat de heren hebben gegeven op Faceculture en dat hier te vinden is.

zondag, juni 05, 2011

Combattimento Consort Amsterdam swingt het dak eraf in Leiden...

Onder het motto: alles dat swingt, mogen we jazz noemen, had ik gisteravond het genoegen in Leiden naar Bach, de meester der meesters te mogen gaan luisteren. Het Combattimento Consort speelde een programma: Bach in reconstructie. In een prachtige en sfeervolle stadsgehoorzaal in Leiden konden we luisteren naar twee suites van Bach (BWV 1067, BWV 1069), de beeldende cantate: Geist und Seele sind verwirret (BWV 35) en twee arias: Getrost (BWV 133) en Vergnügte Ruh (BWV 170). Gespeeld door Combattimento en gezongen door Nathalie Stutzmann (contra-alt).

Het was in één woord: prachtig. Het speelplezier spatte van het podium en nu ik dit jaar zelf nog weer eens de Mathheus Passion intensief heb gezongen en meegemaakt, was het mooi om de kenmerken van Bach te herkennen in deze stukken. En te genieten van de uiteenlopende swing en feel die Bach in deze stukken heeft genoteerd. En die door Combattimento letterlijk en figuurlijk adem werd ingeblazen. Het was alweer langer geleden dat ik een klassieke ensemble heb gezien waar (vrijwel) alle spelers staand hun muziek uitvoeren. Het hele lichaam doet mee met blazen/strijken en werkt aan de interpretatie en dat maakte dat de muziek prachtig stroomde (overtuig uzelf van dit effect aan de hand van youtube).

De stukken zelf waren bijzondere reconstructies van originele muziek. Suite vier was origineel zonder pauken/trompetten, dus die werden weggestreept en wat resteerde was bijzonder. Het orgel kreeg een bijzondere solitische plek en ook de fagot had een virtuose begeleidingslijn die indrukwekkend werd gespeeld: de stukken werden eigenlijk allemaal in een vrij pittig tempo gespeeld, dus het was aanpoten geblazen. En mij schoot toch ook direkt het beeld te binnen van Bach op lokatie met zijn Collegium Musicum in Leipzig, als een Duke Ellington met zijn big band. Daar had ik graag bij willen zijn.

Suite 2 is vooral bekend van de afsluitende badinerie, die met fluit wordt gespeeld (voorbeeldje youtube). En als een soort mile-stone voor fluitisten geldt. In de reconstructie in Leiden werd dit thema door strijkers gespeeld. En was het bijzonder om de opbouw in de hele suite naar dit eind toe te horen.

In de aria's en cantates was het verder genieten van de muzikaliteit van het ensemble, samen met zangeres Stutzmann. Wat er voor mij uit sprong, voor de pauze was een mooie lyrische Aria: Vergnügte Ruh. Prachtig ingetogen stemming en mooie muzikale lijnen. Dat bracht me eigenlijk in een stemming die past na het slotkoor van de Mattheus. En na de pauze was er de Aria Getrost, die een uniek samenspel opleverde van de houtblazers en Stutzmann. Prachtig dansbare cadans, mooi frivool en versierd, een soort vloeibare vreugde. Zoals gezegd, heel bijzonder.

Ach, en als ik u dan ook nog kan vertellen dat ik bij bijzondere uitzondering achter de schermen een mooi deuntje op de prachtige Steinway van de stadsgehoorzaal mocht spelen, dan begrijpt u wel dat ik gisteravond een zeer bijzondere avond hebt gehad.

maandag, mei 30, 2011

Documentaire over Monk.... !!

Ik zag op Donna's elements of jazz een verwijzing naar een documentaire van Monk. Ik moet hem nog gaan kijken; hij schijnt echt heel mooi te zijn. En dus voor de liefhebbers hieronder ook even de directe link naar de youtube.



Upate... het is heel mooi, Clint Eastwoord, de jazzfan heeft geld gestoken in het verwerken en herschikken van de resterende 14 uur film die in Duitsland bestond (ze hadden Monk een jaar gevolgd en een korte docu gemaakt, daarna nooit meer die films gebruikt). Op sommige momenten zit je echt naast Monk aan de piano.

donderdag, mei 05, 2011

Mike en Thomas: Pokerface - programma over geschiedenis van toetsenmuziek

Zeer de moeite waard: Mike en Thomas (met Metropole-orkest) voor een groep van zo te horen veel schoolkinderen en weinig begeleiders... zo kun je muziek ook mooi naar de mens brengen !

donderdag, april 28, 2011

Mooi youtube kanaal: Under your skin

Via een vriendschapsverzoek Youtube liep ik tegen het kanaal van under your skin aan. En dat bevat veel leuke interviews, onder andere met Ahmed Jamal. Ik ben nu lekker aan het browsen/neuzen en kan u ook aanraden om dat te doen. Hieronder een stukje uit het interview met Ahmad Jamal, die zegt: ik heb niet voor muziek gekozen, het is eigenlijk andersom. Al met al een heel leuk interview/gesprek en aan te raden kanaaltje.

woensdag, april 20, 2011

Zomers mooi: Trinta van Sensuàl

Ach, ik ben al best een lange tijd (sinds vorig najaar) aan het genieten van de liedjes van Sensuàl. En er nog niet toe gekomen om een klein berichtje eraan te wijden. Maar nu is het hoogste tijd heb ik besloten, vooral ook omdat het van deze mooie zomerse dagen zijn. En de muziek van hun album Trinta, uitgekomen in november vorig jaar, past daar gewoon heel erg goed bij.

Het album Trinta heeft een opmerkelijke combinatie van enthousiasme, zomersheid en mooie rust en vredige klanken. En dat is dan als je vooral het muzikale op je in laat werken. Mijn portugees is namelijk niet zo vreselijk goed. Maar ja, toen kwamen in februari ook de teksten online en kon ik, met hulp van Google, me een beter beeld vormen bij de warmte van het lied tabuleiro verde. Het leek mij te gaan over ons mooie land, dat vanuit de lucht eruit kan zien als een mosaiek groene vierkantjes (en voor zover dat een te poetische interpretatie is, hou ik het daar toch bij). En nog zo'n mooi nummer: Borboleta. Over transformatie, zowel de letterlijke van rups naar vlinder als de persoonlijke. Met bijpassende modulatie aan het einde, als muzikale transformatie. En dan Samba da Cama, opgewekt, levendig over de liefde.

Stuk voor stuk zijn de verschillende liedjes heel mooi, ze zijn zorgvuldig gemaakt, opgenomen en die kwaliteits-aandacht hoor je het hele album door. Met een mooie onderliggende thematiek van de dolende dertiger(s), die -zover ik kan beoordelen- muzikaal gezien helemaal niet de weg kwijt zijn, maar er juist in slagen dat gevoel met knipoog te verwoorden. En zoals ik al zei, Trinta past met zijn warme aandacht, speelplezier en mooie liedjes echt heel goed bij de lente en zomer.

Afijn, heerlijk om nu van te genieten, en als u dat ook wilt, raad ik u aan om zelf zo eens te gaan luisteren of te kijken op youtube of in levende lijve natuurlijk.

dinsdag, april 12, 2011

Route 66 of (in het Nederlands: de A-4)

Alweer een tijdje geleden liep ik vast op de A-4 tussen Amsterdam en Rotterdam. En hoe het daarna precies liep weet ik ook niet meer, maar zo tijdens een heel genoeglijke zaterdag, met borrel, eten en fijn gezelschap ontstond zo in een vloek en een zucht een Nederlandse vertaling van Route 66. En omwille van het algemeen nut, belang, plezier en vertier, plaats ik die hier.

Als jij denkt, ik rij weg van hier
Neem de snelweg, met mijn doel, in 't vizier
Geem gemier, veel plezier, op de A-vier

Van de mast, naar de dam, maar in een draf
Want de weg is nog niet helemaal af.
Veel gemier, geen plezier, op de A-vier

Hij start bij Schipluiden, dan langs IJpenburg
En Zoeterwoude-dorp is ook echt heel keurig
Je ziet Hoogmade, en Roel-of-Arends-Veen
Vredenburg, Zuid Holland, dan door Noord-Holland
Schiphol, Sloten, Nieuw Haagseweg...

Rijdt jij elke dag deze trip
In de file, bovenaan, met een stip.
Geen plezier, veel gemier, op-de-A-vier !


PS.. ik ga hier misschien nog verder op schaven de komende tijd.

vrijdag, april 08, 2011

April 2011 begint met heel bijzondere halve finales van kleinkunstfestival Amsterdam !

Er zijn van die momenten waarop je weer eens extra weet waarom het zo fijn is om in Amsterdam te wonen. En dat is als het zonnetje schijnt en je langs de Amstel kunt wandelen bijvoorbeeld. Of als je gaat luisteren naar Ilja Reingoud met de Amstel Big Band in Bethaniënklooster (erg mooi concert, ziehier de youtube, dan kunt u zelf ook meegenieten). Maar dat is bijvoorbeeld ook als je audities en voorrondes van het kleinkunstfestival Amsterdam bezoekt. Je ziet/hoort een keur aan talenten. En wie korte filmportretjes van ze zoekt, zowel finalisten als overige kandidaten, klikt gewoon hier.

Gisteren en eergisteren zijn de halve finales in de Mary Dresselhuis-zaal van het Nieuwe de la Mar. En om met dat laatste te beginnen: Joop en zijn vrouw hebben er een geweldig complex van gemaakt. Ziet er heel erg mooi uit en het is heel fijn dat die theaterlokatie weer in gebruik kan worden genomen. Niet alleen door de kleinkunst mensen gisteren overigens: iets verder weg werd een hele zaal op Japanse drums getrakteerd. Maar goed, ik dwaal af. Terug naar de eerste halve finaleronde van gisteren.

De avond begon met Merel Moistra, die onze harten een vorige keer, in de kleine zaal bij Bellevue, had veroverd met een heel eigen, mooi en prachtig verhaal en krachtige korte liedjes (Drank, Drugs en Doodgaan). In de veel grotere zaal van de la Mar viel het op dat, hoewel Merel zichzelf was gebleven en onveranderde flair, eigenheid en positiviteit meenam, het publiek minder aansloeg en het veel langer duurde voor er een chemie met de zaal kwam. En dat vonden wij jammer, want ze zet met haar lied-jes en bijzondere afsluitende lied een heel persoonlijk en bijzonder mooi verhaal neer. Dat sprak de jazzjunks in elk geval heel erg aan.

Vervolgens kwam de Poolvogel voorbij. Vier jonge 'jongens' met enorme energie, expressie, muzikaliteit, humor en een strak in elkaar gestoken verhaal. Dat ons bracht van sociale dwang, via onzekerheid naar individualiteit met alle soorten denkbare intermezzo's tussendoor. Een geboorte-aangifte met Monthy-Python achtige vragenlijst, kaartjes kopen in de bioscoop, naar de dokter, een rode neus: allerlei herkenbare situaties kwamen voorbij en werden met natuurlijke allure en heel goede timing neergezet. Tot buikpijn van het lachen aan toe. Een heel mooi stukje werk.

Na de pauze kwam Gijs Geurtsen op. Met een bak papier, enorme mimiek en droge uitdrukkingskracht, aanvankelijk weinig tekst en allerlei liedjes. Zijn pianospel en zang deed me bij vlagen aan Bram Vermeulen denken. Daarnaast zette hij een vrij korte solo neer en eindigde één liedje op een bijzondere manier. Ik hoorde (en zag, zat vrij vooraan) mooie lijntjes verschijnen in zijn spel; creatief bedacht en ingevoegd voor de fijnproever. En zijn optreden was eigenlijk een heel bijzonder stukje relatie-thematiek (om maar niet alles op het web vooraf te verklappen). Mooi opgebouwd, met ruimte om de suggestie van de luisteraars het werk te laten doen. Ook een erg knap staaltje dus.

Vanavond de overige finalisten. Deel twee volgt dan hieronder.

UPDATE 01.00 uur: We zijn net terug van de tweede halve finale. Met allereerst: Cabaret in Quartet. Jeugdige groep, veel energie, mooie momenten en harmonie. Mooie straattaal persiflage en thematiek rond kiezen in deze informatierijke samenleving. Een ongepolijste diamant, overdrachtelijk gezien dan. Met een hele bus fans in de zaal, zoveel was wel duidelijk.

Vervolgens zagen we Louise Korthals, die al in de eerste voorronde veel indruk had gemaakt (en overigens een nog grotere schare fans in de zaal had zitten). Haar programma was ten opzichte van de 10 minuten toen nog mooier geworden: meer balans en, wat ook de jury nadien opmerkte, een erg goede pianist, Floris Verbeij. Wie prachtig en dienend wil leren spelen, mag bij hem op les. En wie wil genieten van pakkende teksten, lied, beleving en emotie, is bij Louise aan het juiste adres. De jazzjunks menen - deze twee avonden gezien hebbend - dat het wel heel raar moet lopen wil zij niet een bijzondere toekomst in de kleinkunst tegemoet gaan.

Tenslotte was de Belgische groep Hermitage als laatste groep aan de beurt. In een vrij lacherige en gewillige zaal (waardoor een eerste gedicht in geroezemoes niet helemaal goed aankwam/overkwam). Stap voor stap namen ze het publiek mee, ze stapten ook uit het frame om voor op het podium de intimiteit te zoeken, waarna ze weer terug gingen. In een rode draad over liefde, maar ook een tweestrijd tussen muziek/kunst willen maken voor jezelf, en dat tegelijk ook willen delen en bewierookt willen worden. De zaal pakte het refreintje 'Neem me mee' overigens na 1 keer voorzingen op: waar gebeurt dat nog tegenwoordig. Afijn: nog steeds prachtige liedjes, een heel wonderschoon gedicht in het midden, en we konden nu ook de eskimo live beluisteren. Mooi lied, mooie analogie erin.

Vervolgens was het wachten geblazen tot de jury haar oordeel velde. In oprecht en soms te pittige bewoordingen werden de groepen gekarakteriseerd. En besloot de jury om mee te nemen naar de finale: Louise Korthals, Poolvogel en Hermitage. En, als de jazzjunks zich niet vergissen, wordt de volgorde hierboven ook de einduitslag van dit jaar.

Helaas kunnen we er deze zaterdag bij de finale niet bij zijn, maar hoe het ook zij, het was een heel bijzondere ervaring al deze voorronde's en optredens bij te wonen. En als er dan nog eind van het jaar een finalistentoernee komt, zijn we gewoon weer van de partij !

[Laatste update... dd 11 april.. de voorspelde uitslag hierboven was de eind-uitslag. Louise Korthals won, Poolvogel werd 2e en Hermitage de publieksprijs.]

{Allerlaatste update... zie hieronder een impressie van de finaledag van amsterdams kleinskunstfestival, uitreiking enzovoorts.. met op 10.30m een mooi stukje uit het lied: troost me niet van Louise Korthals}:
Registratie Finale AKF 2011 nu online te bekijken: HumorTV

woensdag, maart 30, 2011

Monsieur Dubois: Slow Bombastik... genieten maar !

Een tijdje geleden liep ik tegen Monsieur Dubois aan. Niet in persoon, maar op het web. Want ik had net lekker genoten van de plaat van de Jazz Invaders (3) en dwaalde in de buurt van de nu-jazz beweging rond. En las toen dat arme Dubois in een catch22 situatie zat. En de hulp van fans goed kon gebruiken om hun plaat af te maken. Met als goodie voor de fan dat die dan de eigen naam op het hoesje zien verschijnen.

Welaan, zo gezegd, zo gedaan, en eerlijk gezegd was ik mijn sponsorbijdrage alweer vergeten totdat natuurlijk de nieuwe cd in mijn bus viel. En ik kan zeggen dat ik erg blij ben dat ik Monsieur Dubois een heel klein handje heb kunnen helpen. Tegen vrienden noemde ik hun muziek altijd: 'powerjazz', maar ik zie dat ze zelf op de site spreken over 'Danceable hardjazz'. Ook een mooie term eigenlijk, die mooi weergeeft dat jazz dansbaar kan en mag zijn.

In hun nieuwe album Slow Bombastik merk je dat aan alle kanten. Begint met Muscleman, met toetsen in de overdrive, een lekkere lick en solide beats. Blacklight heeft in zijn baslijntje een mooie thematische knipoog met de Talking Heads klassieker: So you may ask yourself. En neemt je dan met sferische akkoorden je in een zijstapje en bruggetjes weg. Dan Dance. Toen ik dat hoorde dacht ik: ach wat lekker, die combinatie van feel/groove en muzikaal IQ. Zachte synth en trompet/flugelhorn. En mooie (deels bombastische) zang, die mij in elk geval erg deden glimlachen. Ondertussen staat het allemaal als een huis.

Epo Tree is ook een nummer dat zijn naam eer aandoet. Beetje de power van een opgevoerde wielrenner, maar dan in de jazz. Tentacles kanaliseert die energie daarna met mooie lijnen en sferen, heeft een mooi slot met effectjes. En bouwt mooi op voor de title-track: Slow Bombastik. Bij Slow Bombastik kun je heerlijk wegdromen. Moet je dan ook lekker doen, zou ik zeggen. Rustig thema, mooie sfeer. Kun je veel draaien als je wilt verdwalen en vertoeven in een gerust en mooi en vredig gevoel, passend bij mooie lente- en zomerdagen. Vervolgens zie je met Smoke de rook de dansvloer opkomen en is het uit met de slowdance. Of misschien beter: je hoort de gierende, rokende banden, dan een verstilde break, toetsen-solo (daar houd ik wel van). Verder veel gedrevenheid, als van de automobilist die snel wil opschieten in het verkeer.

Fury tales is dan ook weer zo'n danssprookje. Lekker grooven, je merkt in alles de verwantschap met de jazz invaders. En ik merk dat ik het wel erg fijn vind dat we hier in Nederland ook zo'n dansbare loot aan de jazz-stamboon hebben zitten. Fury tales is echt een plaat waar je lekker op kan dansen, en misschien ook wel mooi om in de auto te gebruiken als je die 130 kilometer snelheidsgrens aan het bereiken bent op de afsluitdijk. En dan sluit de plaat af met Chouffe Chouffe, een mooie bluesy slow groove.

Prachtige cd dus, zeker als je goede energie zoekt omdat je op een dag een hoop te doen hebt. Ik denk dat ik hem nog veel ga draaien de komende tijd. En tegelijk nodigt de plaat uit om eens een keer Monsieur Dubois in levende lijve te ontmoeten en lekker te dansen.

Hieronder een preview/listen van het album. Met achtereenvolgens stukjes Muscleman, Slow Bombastik en Blacklight:

zaterdag, maart 19, 2011

Jazz-rollen in het Pianola Museum.... heel dichtbij de artiest/componist

Gisteren was het de derde vrijdag van de maand. Aha, zult u zeggen, de optie-expiratie op de AEX! Ja, dat klopt. Maar dat doet de jazzjunk niet zoveel. Veel belangrijker is dat deze derde vrijdag de vaste avond is waarop het pianolamuseum jazz-rollen speelt uit haar collectie van 30.000 piano-rollen. Dus daar ging ik eens heen; een vorige keer was al te lang geleden namelijk. En zelfs het optreden van Michiel Borstlap in het Muziekcentrum kon mij niet verleiden om van dat plan af te zien.

Het museum zelf is ronduit charmant met zeer vriendelijke eigenaar/gastheer en fijn interieur. We kregen tussen de nummers door een toelichting op de techniek/mechaniek van de pianola. Door middel van een ingenieus systeem met lucht en een papier met ponskaartgaatjes instrueert de piano rol de piano hoe te spelen. Met een mogelijk tot 16 dynamische niveaus (4 gaatjes kost dat). In feite dus een midi-systeem maar dan met analoge techniek. Waarbij de pianoleur (zo noem ik hem voor het gemak maar even, de persoon die achter de pianola zit een met de voeten lucht in het systeem blaast en ook het tempo regelt) de taak heeft om zo dicht mogelijk bij de originele interpretatie te blijven, qua snelheid en interpretatie.

Afijn, zo kregen we een heel bijzondere avond. Met diverse stukken van James P Johnson. En andere minder bekende pianisten die ragtimes ingespeeld hadden. En wat je direkt hoort en heel mooi is; de analoge timing en aanslag van de inspelende pianist van vroeger komt prachtig terug, al is het bijna honderd jaar later. En door de uitvoering op de pianola kun je ook de persoonlijke karakteristieken van de speler sneller herkennen en waarderen. Je zit als het ware vlak naast de originele pianist en dat luistert echt voltstrekt anders dan die hele zooi mp3s die ik ook nog ergens heb van oude Aeolian piano-rolls. Zo herkende ik bij Johnson dat hij de klassieke ragtime in zijn linkerhand op een fantastisch mooie manier varieert, met tegenaccenten, oplopende, neergaande baslijnen, met een Horace Silver achtig structuurgevoel erin. En zojuzo was bij die rollen heel duidelijk dat de pianist de linker en rechterhand ritmisch volstrekt onafhankelijk kon laten spelen. Prachtig.

De jazzjunk was natuurlijk ongeduldig en probeerde al gauw de rollen van Fats Waller ingelegd te krijgen. En die kwamen inderdaad en ook daar weer die beleving dat je zo wel heel dichtbij komt bij de originele artiest. Zeker ook op die momenten dat er kleine grapjes en knipogen in de muziek worden gestopt. Heel mooi was ook om Scott Joplin voorbij te horen komen (Maple Leaf Rag). En, één van de hoogtepunten: tweede deel van de Rhapsody in Blue, ingespeeld door Gershwin. Gershwin zelf heeft in zijn tijd, zo schijnt, talloze rollen te hebben ingespeeld alvorens hij zelf componist werd. Die vingervlugheid en virtuositeit komt terug op de pianorol van zijn eigen stuk. Heel duidelijk is het verschil tussen losse, precieze, relaxte kern van de melodie (gespeeld door Gershwin) en de (nadien) bijgevoegde instrumentatie. Dan zit je toch even met hem in de kamer, zo voelt dat.

Vervolgens werd het tijd voor wat extra verrassingen. Want de pianola was vooral tot 1930 in gebruik/zwang. Daarna duwde de radio de pianola van zijn plek. Maar ja, met een installed base van vele duizenden/miljoenen pianola's bleef er een markt bestaan voor piano rollen. En zo blijkt er in Engeland een man geweest te zijn die de platen van Art Tatum en Errol Garner beluisterde. Noot voor noot transcribeerde en op de pianorol zet; tot het klonk als het origineel. En zo kun je dan Errol Garner uit de jaren vijftig toch horen op een pianola-rol. En de magie van zo'n rol blijft: dan zit Errol Garner opeens in je huiskamer.

Bijzonder was ook dat in de jaren 80 nog pianorollen zijn gemaakt, maar dan met moderne muziek. We hebben twee rollen gehoord van Marian McPartland. Ik ken haar van het NPR radioprogramma waar ze jazz-pianisten interviewt (en zelf een deuntje meespeelt; ze heeft met alle groten opgetreden namelijk). Nu kon ik haar zelf beluisteren in een Beatles medley en bij een uitvoering van Send in the Clowns. Inventief, creatief en persoonlijk. Mooie uitvoeringen dus.

En toen als toegift een extra rol van Marian McPartland er niet in zat was het tijd voor de laatste verrassing: Misty, door Walter Ericsson. Ik heb hem vandaag nog zitten googelen, want Ericsson draaide de ragtime nog een kwartslag verder dan Johnson in zijn linkerhand deed, liet hem tegelijkertijd ook in ere, en maakte er een bijzondere versie van. Waarmee onze bijzondere muzikale avond op een passende manier eindigde.

Natuurlijk hebben we toen nog een cd gekocht en wat verdere informatie meegekregen. En dan ontdek je dat op de dinsdagen het pianolamuseum ook plek inruimt voor saxofoongezelschappen (opp 12 april kunt u daar gaan luisteren naar double-espresso bijvoorbeeld). En wilt u toch iets anders dan jazz, tango bijvoorbeeld, of de klassike stravinsky, ravel en noem maar op: geen probleem. Op de concert-agenda kunt u zien wanneer uw muziek weer tot leven wordt gebracht. Een heel bijzondere ervaring.

woensdag, maart 16, 2011

Inside door Eva de Mooij, live-opname van 15 maart in Miles

Gisteravond was ik, niet geheel toevallig, in Miles in Amersfoort. Door omstandigheden lukte het me niet om naar de onvolprezen vertellers van Dha Fhili te luisteren, maar ik kwam nog net wel op tijd voor het debuut van Eva de Mooij. Zij zong 5 nummers van een nog uit te brengen (en bij een mooi label onder te brengen) cd. Ik heb het zo goed en zo kwaad als het kan met mijn camera-tje gefilmd. Beeld is ok, geluid eigenlijk ook wel, gezien de kleinheid van mijn camera, maar wel mono natuurlijk.

En aangezien ik niet helemaal onbevooroordeeld ben, laat ik het verder aan u over om een mening te vormen over de liedjes en haar (prachtige) stem:

dinsdag, maart 01, 2011

Van Velzen laat zich zien (en horen) in Carré ! (en krijgt buma harp!)

Gisteravond gingen de jazzjunks naar Carré om Roel van Velzen te gaan luisteren. Dat is op het eerste gezicht (en ook op het tweede) misschien geen jazz, maar van Velzen is wel ook pianist natuurlijk en zo nu en dan eens een uitstapje naar belendende muzieksectoren is goed voor de mens. En dat gold zeker voor het concert van gisteravond. Het was het concert waarmee de theater-tour van van Velzen werd afgesloten.

Het was een bijzonder concert. Heel goed in elkaar gezet wat betreft combinatie van liedjes en kleine anekdote's tussendoor. Goed toneelbeeld en prettige interactie met de zaal. En zo kwam een sfeerbeeld van crazy piano's langs, een publiekswissel en the voice of holland (versie amsterdam). Wat ertoe leidde dat helemaal aan het eind van de show een groot koor van 35 voice of ... the queen-classic find me somebody to love gingen zingen. The voice of Eindhoven vertelde ons na afloop dat ze voor dit optreden helemaal goed voorbereid waren, leuke dingen hadden gedaan. En dat het toch zo'n aardige lieve band was enzo. Nu ja, dat vermoeden hadden we eigenlijk al, toen we na de voorstelling nog even aan het nagenieten waren.

Het mooie aan de voorstelling was dat zo duidelijk was dat van Velzen aan het doen was wat hij het liefste deed: mooie liedjes zingen/brengen. En dat kan hij gewoon goed. We kenden zijn liedjes nog niet echt, op een enkele get-higher na dan, maar ontdekten en passant dat Van Velzen stevig kan rocken/scheuren, zonder dat hij rechttoe rechtaan blijft gaan. Er waren mooie wisselingen in harmonie/arrangement, afwisselende bruggetjes en, misschien wel het belangrijkst, goed gebruik van de rust in de liedjes. Even een stop, en dan weer verder, met andere dynamiek/smaak. Nu ja, dat is gewoon heel smaakvol en mooi. En daar komen dan ook teksten bij die verstaanbaar zijn en uit het leven gegrepen. Wat wil je nog meer?

Maar hij deed het niet in zijn eentje natuurlijk. Juist niet. Het was een echt geheel met de band die heel strak speelde. De gitarist Xander Hubrecht staat heel bescheiden op toneel maar heeft zowel strakke gitaarlicks als prachtige zang voorhanden. Simon Gitsels op piano, sleepte ons mee van verstild pianointro naar vet hammondgeluid en zong ook super. Ralf Pouw op bas, speelde erg strak en het moet gezegd, de basnoten kwamen erg goed door in de zaal. Evenals de basedrum overigens, bespeeld door Jimmy van den Nieuwenhuizen. En als je van drummers houdt die niet drummen, maar een liedje spelen, dan ben je bij hem aan het goede adres. Hij zong bijna alle liedjes zelf ook mee en ja, dat is wat je wil zien. Tesamen met Roel van Velzen klonk het heel erg strak in de pittige nummers, echt supergroove, maar ook zacht en mooi op zijn tijd. Het stak gewoon muzikaal heel goed in elkaar. Zo gingen ze in een handomdraai van stevige pop naar a capella naar akoestisch geluid. Heel veelzijdig en heel erg samen: je kon merken dat ze samen ondertussen al wat kilometertjes hadden gespeeld.

Nou ja, voor als je een artiest nog niet echt goed kent, dan direkt zo'n mooie introductie en voorstelling krijgen waarin je zo'n echte en muzikale avond hebt, dan bof je maar. Al met al een heel bijzondere kennismaking met Van Velzen.

PS. Ik zie net op TV dat van Velzen de buma stemra gouden harp uitgereikt krijgt. Volkomen terecht (en van harte !!)

woensdag, februari 09, 2011

De 100 beste jazz-liedjes...

Tja, je moet altijd een beetje sceptisch zijn over alles wat te maken heeft met de 100-beste lijstjes. Maar aan de andere kant, het is ook wel weer goed en levert je soms liedjes op die je nog niet kent. Daarom hierbij maar even een link naar de 100 beste jazz-liedjes, volgens het Amerikaanse publiek. Via de gelinkte pagina kunt u ook de lijst beluisteren en commentaar geven op bijvoorbeeld:
- het feit dat dave brubeck bovenaan staat...?
- het vermoeden dat de john coltrane fanclub ook erg actief was...?
- het witte mensen gehalte van de lijst...?

Afijn, ziet, luistert en geniet zelf maar.

woensdag, februari 02, 2011

Creator has a master plan: Pharoah Sanders...

Ik liep via blip.fm tegen dit lied aan Pharoah Sanders: the creator has a master plan. En was direkt gegrepen door de sounds, groove, sfeer en alles erop en eraan. Ben even aan het snuffelen gegaan om te ontdekken wie het precies was. Zie hier de wiki over hem en zie hier een meer uitgebreide review door de zeer noemenswaardige daily guru.

vrijdag, januari 21, 2011

Studio sessies in Frankrijk... de jazzjunk zélf

Na kerst gingen de jazzjunks rustig aan doen op een mooi plekje in Frankrijk. Het rustige en prachtige dorpje, Corancy in de Morvan. Geïnspireerd door het mooie voorbeeld van Cor Bakker (CD Elettra is opgenomen in Italië) hebben we daar op de zolder van een boerenhuis een opnamestudio-tje ingericht. Om liedjes te maken en op te nemen. Luister hier naar het resultaat: - een improvisatie/mix die we Fairy Tales - Snow White hebben gedoopt - een opname van Somewhere uit West Side Story.









zaterdag, januari 15, 2011

Herontdekt... one quiet night van Pat Metheny

Deze kerst en oud- en nieuw heb ik weer helemaal genoten van het onvolprezen album: One Quiet Night van Pat Metheny. Heel rustige mooie muziek. Rijke akkoorden, mooie cover van Nora Jones. En het heel bouncy: over on 4th street. Wat is het toch ongelofelijk fijn dat er artiesten als hij zijn, die zo mooi kunnen spelen !

Druk het fimpje aan, doe uw ogen dicht en luister hier zelf: